zondag 29 juni 2025

Gevaar!

We worden omringd door gevaren, althans volgens de tekst in onze pilots, de symbolen op de zeekaart en de scheepvaartweerberichten.

Met het ronden van de Mull of Kintyre met al zijn uitdagingen die de felle getijdestroming rond deze kaap met zich meebrengt - we schreven er over in een eerdere blogpost - zijn we nog niet uit de 'gevarenzone'. Want ook hier, in de Hebriden, waarschuwt onze pilot (boek met vaaraanwijzingen) voor races (hoog oplopende, steile en vaak brekende zeeën) draaikolken en ander gevaarlijks als gevolg van de felle getijdestroming tussen de eilanden en rond de vele kapen. Ze worden bevestigd door dreigende symbolen in de zeekaart. 

De golfsymbolen geven aan waar gevaarlijke races kunnen optreden. 
Bij de Mull of Kintyre konden we het nog zo uitkienen dat we er met doodtij en in erg rustig weer er omheen gingen. Dat is nu wel anders. Het is inmiddels springtij en de afgelopen dagen heeft het flink gewaaid. Het schermpje van de NAVTEX - een telex-radio-ontvanger voor de scheepvaart - liep doorlopend vol met stormwaarschuwingen. Als er dan eens een melding was dat de storm was uitgeraasd, werd die vaak beëindigd met teksten als 'but SW gale 8 expected later'. 

Gelukkig raasden de stormen in de zeegebieden westelijk van waar wij rondschuimen. Maar de zeegang die ze opbouwden zorgde er wel voor dat in diezelfde weerberichten de zeegang in ons vaargebied werd omschreven als rough of very rough. En dat is geen fijne combinatie met races en ander gevaarlijks. 

Dat neemt niet weg dat we heerlijk aan het rondzeilen zijn in deze prachtige, indrukwekkende wereld. Zo scharrelden we van Islay, waar onze vorige blogpost eindigde, naar het piepkleine eilandje met de op het eerste gezicht verwarrende naam Gigha. Gigha betekent dan ook niet giga, maar komt uit het Oud-Noors - de Vikingers hebben hun stempel op veel plaatsnamen gedrukt - en betekent God's eiland of goed eiland. In die betekenissen is de naam Gigha wel treffend voor deze mooie plek.

Na het eiland te hebben bekeken, moesten we de volgende dag een wat meer beschutte plek opzoeken. Want het baaitje op Gigha ligt nogal open naar de harde zuidooster die in de verwachting zat. Dat werd Ardfern, een diep in het Loch Crainish gelegen, en daarmee mooi beschut, haventje. Onderweg werden we getrakteerd op een grote groep (waarschijnlijk) tuimelaars die een mooi stuk met ons opzwommen.

Dat alles voltrok zich nog veilig in de luwte van het imposant hoge eiland Jura. Maar na Ardfern moesten we toch aan de bak. Want het vervolg van onze reis naar Oban voerde ons eerst door Dorus Mór, een gaatje tussen Crainish Point en het mini-eiland Garbh Reisa, waar het getij zich met 7 knopen doorheen perst en vervolgens naar de Sound of Luing waar de zeekaart ook vol met dreigende symbolen voor getijde-races staat. We kienden het zo uit dat we op de kentering door Morus Dór piepten, dan staat er namelijk geen of nauwelijks stroom, en op het begin van de vloed, als het nog niet zo hard stroomt, door de Sound of Luing zeilden. Dat ging mooi.

Het werd alles bij elkaar een prachtige zeiltocht door een wederom indrukwekkend landschap. Eenmaal achter de mooring in Oban bay ging de kachel aan. Want van hittegolven en de gevaren die die met zich meebrengen, hebben we hier geen last.

Pilots
We maken in Schotse wateren graag gebruik van de Sailing Directions and Anchorages van de Clyde Cruising Club, tegenwoordig uitgegeven door Imray. Ze bevatten aanwijzingen voor lastige passages en beschrijven de talloze mooie ankerplekken aan de hand van gedetailleerde kaartjes. We vinden ze onmisbaar om hier lekker rond te kunnen scharrelen.